-
1 dérober
dérober [deerobbee]♦voorbeelden:dérober la vue à qn. • iemand het uitzicht benemen4 niet reageren ⇒ niets doen, iemands vraag ontwijken♦voorbeelden:se dérober à la justice • verstek laten gaanse dérober au travail • uitvluchten zoeken om niet te werkense dérober aux regards de qn. • iemands blik ontwijken1. v1) ontvreemden, stelen3) onttrekken2. se déroberv1) wegzinken2) weigeren voor hindernis [paard] -
2 unresponsive
adj. geen antwoord gevend, op antwoord latende wachten; niet reageren op aardigheden; niet wakker te krijgen, onverschillig -
3 unresponsiveness
n. het geen antwoord geven, het op antwoord latend wachten; het niet reageren op aardigheden; het niet wakker te krijgen, onverschilligheid -
4 bite one's lips
op de lippen bijten,niet reageren -
5 bite one's tongue
op de tong bijten,niet reageren -
6 noble gases
edelgassen, die bij de nulgroep van de periodieke tabel behoren en chemisch niet reageren -
7 unable to respond
niet in staat te reageren -
8 bad
adj. (Canadese en Amerikaanse Slang) goed, buitengewoon, groots, wonderbaarlijk--------adj. schadelijk; minderwaardig; ernstig, acuut; kwaadaardig (Bv.: Roken is schadelijk voor de gezondheid); gebrekkig, niet juist werkend; bedorven, verrot (zoals bedorven vlees)--------adv. slecht, naar; vals--------n. slecht, naar; valsbad1[ bæd] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 pech♦voorbeelden:take the bad with the good • het goede met het kwade nemen————————bad21 slecht ⇒ minderwaardig, verkeerd2 kwaad ⇒ kwaadaardig, stout, ondeugend3 ziek ⇒ naar, pijnlijk4 erg ⇒ ernstig, lelijk6 vals♦voorbeelden:1 bad air/meat • bedorven lucht/vleesbad conscience • slecht gewetenin bad order • in slechte staat〈 spreekwoord〉 a bad workman always blames his tools • een kwaad werkman vindt nooit goed gereedschapgo bad • bedervenbad-mannered • ongemanierdnot half/so bad • niet zo gek/slechtI am bad at football • ik ben niet goed in voetballenbad boy • stoute jongenin bad faith • te kwader trouwbad feeling • bitterheidbad language • grove taalfrom bad to worse • van kwaad tot ergerfeel/be taken bad • zich ziek/beroerd voelenbad debt • oninbare schuld/vorderingcome to a bad end • slecht aflopenbe in a bad way • er slecht aan toe zijnmake the best of a bad bargain • er het beste van makenbe in someone's bad book(s) • bij iemand in een slecht blaadje staanmake someone appear in a bad light • iemand in een kwaad daglicht stellenbad luck • pechbe on bad terms with • een slechte verstandhouding hebben metthat looks bad • dat voorspelt niet veel goeds〈 informeel〉 (that's) too bad • (dat is) zonde/jammer(just) too bad (for you) • pech gehad, daar kan ik niets aan veranderenwith (a) bad grace • met tegenzinkeep bad hours • laat naar bed gaan————————bad3〈bijvoeglijk naamwoord; badder〉 〈voornamelijk Amerikaans-Engels; informeel〉1 fantastisch ⇒ geweldig, prima, fijn————————bad4〈 bijwoord〉→ badly badly/ -
9 counter
adv. in tegenstelling, tegen--------n. toonbank (in restaurant of keuken; teller, meter; (Computers) aantal getallen gebruikt om aan te geven hoeveel mensen de Webpagina hebben bezocht--------pref. tegen---------v. reagerencounter1[ kauntə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 toonbank ⇒ balie, bar; loket, kassa2 teller ⇒ telwerk, rekenmachine4 tegenzet ⇒ tegenmaatregel, tegenwicht♦voorbeelden:under the counter • onder de toonbank, clandestien————————counter21 tegen(over)gesteld ⇒ tegenwerkend, contra-♦voorbeelden:2 counter list • duplicaat, controlelijst————————counter3II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 zich verzetten tegen ⇒ tegenwerken, (ver)hinderen————————counter4〈 bijwoord〉♦voorbeelden:2 act/go counter to • niet opvolgen, ingaan tegen -
10 didn't know what to make of it
wist niet wat er van te maken, wist niet hoe te reageren, wist niet hoe er over te denken -
11 esprit
esprit [esprie]〈m.〉1 geest ⇒ verstand, denkvermogen2 aard ⇒ geest, karakter♦voorbeelden:〈 spreekwoord〉 les beaux, grands esprits se rencontrent • twee zielen, één gedachte〈 spreekwoord〉 l'esprit est prompt, la chair est faible • de geest is gewillig, maar het vlees is zwakoù avais-je l'esprit? • waar was ik met mijn gedachten?avoir l'esprit, le bon esprit de faire qc. • op het (goede) idee komen iets te doenne pas avoir tous ses esprits • niet helemaal goed bij zijn hoofd zijnperdre l'esprit • zijn verstand verliezenreprendre, retrouver ses esprits • weer tot zichzelf komen; weer bijkomenvenir à l'esprit • invallenavoir l'esprit ailleurs • er niet met zijn gedachten bij zijndans mon esprit • naar mijn ideeen esprit, par l'esprit • in de geest, in gedachtenavoir l'esprit de corps • korpsgeest, groepsgevoel hebbenavoir l'esprit de décision • besluitvaardig zijnavoir l'esprit d'entreprise • ondernemingsgeest hebben, ondernemend zijnavoir l'esprit de l'escalier • nooit alert reagerenétat d'esprit • geestestoestandesprit d'initiative • ondernemingsgeestesprit de sacrifice • opofferingsgezindheidavoir l'esprit de suite • consequent zijnavoir l'esprit aventureux • avontuurlijk (van aard) zijnavoir bon esprit • van goeden wille zijnun grand esprit • een groot, edel mensil fait preuve de mauvais esprit • het ontbreekt hem aan goede wilc'est un petit esprit • hij heeft een klein denkraamcalmer les esprits • de gemoederen bedarenne pas avoir l'esprit à faire qc. • geen zin hebben iets te doenil nous traite dans un esprit de dénigrement • hij behandelt ons altijd op een denigrerende manieravoir de l'esprit • geestig zijnce n'est pas le moment de faire de l'esprit • het is nu het moment niet om leuk te zijnesprits frappeurs • klopgeestenEsprit Saint • Heilige Geestm1) geest, verstand2) aard, karakter3) geestigheid4) spook5) adem6) alcohol -
12 answer
n. antwoord; oplossing--------v. antwoorden, een antwoord geven; beantwoordenanswer1[ a:nsə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 antwoord ⇒ reactie; oplossing, resultaat♦voorbeelden:he gave/made no answer • hij gaf geen antwoordknow the answers to the questions • de vragen kunnen beantwoordenno answer • er wordt niet opgenomen, ik krijg geen gehoorin answer to your letter • in antwoord op uw briefmy only answer to that • mijn enige reactie daarop————————answer2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 antwoorden (op) ⇒ beantwoorden, het/een antwoord geven op♦voorbeelden:1 answer your father! • geef je vader antwoord!the ship didn't answer the helm • het schip luisterde niet naar het roerour prayers were answered • onze gebeden werden verhoordanswer the telephone • de telefoon opnemen→ answer back answer back/ -
13 eingehen
eingehen2 (af)sterven, ophouden te bestaan3 ingaan, reageren (op)♦voorbeelden:7 es will mir nicht eingehen, dass • het wil er bij mij niet in, datII 〈overgankelijk werkwoord; sein〉♦voorbeelden:ein Risiko eingehen • een risico op zich nemen -
14 quandary
n. verlegenheid; onwetendheid; dilemma[ kwond(ə)rie] 〈meervoud: quandaries〉1 moeilijke situatie ⇒ dilemma, onzekerheid♦voorbeelden: -
15 we were in a quandary about how to react
we were in a quandary about how to reactEnglish-Dutch dictionary > we were in a quandary about how to react
-
16 policy of restraint
beleid van zelfbeheersing (beleid dat de staat Israël voerde gedurende Golfoorlog door niet te reageren op raketaanval van Iraakse zijde) -
17 sit down under an insult
een belediging over zich heen laten gaan, niet op een belediging reageren -
18 tragic hero
de tragische held (centrale literaire held van anti-held die niet kan reageren) -
19 tiquer
tiquer [tiekee]〈 werkwoord〉♦voorbeelden:il n'a pas tiqué • hij vertrok geen spiertiquer sur qc. • zich over iets verbazen -
20 empfindlich
empfindlich♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
Vlaams Belang — Infobox Belgian Political Party party name=Vlaams Belang party logo= party wikicolourid=Vlaams Belang leader=Bruno Valkeniers foundation=2004 ideology=Nationalism, Separatism, National conservatism, Right wing populism international= none… … Wikipedia